Bestuur en financiën

Financiën

Bedragen x € 1.000

Begroting stand VJN

Mutatie Narap

Gewijzigde Begroting

Bestuur en financiën

2021

2021

2021

Lasten

69.982

9.938

79.920

Baten

-362.004

-17.694

-379.698

Saldo van lasten en baten

-292.023

-7.756

-299.779

Toevoegingen reserves

25.370

3.024

28.394

Onttrekkingen reserves

-28.396

5.164

-23.232

Totaal saldo incl. reserve mutaties

-295.049

432

-294.616

Financiële toelichting op hoofdlijnen
Binnen programma 7 wordt een nadelig saldo gemeld van  (€ 0,4 mln.).
Dit is het gevolg van:

  1. Hogere lasten (€ 9,93 mln.): dit nadeel komt door de kostenverdeling € 6,99 mln. die in de paragraaf bedrijfsvoering wordt toegelicht (€ 4,9 mln.). Het restant was reeds bij de voorjaarsnota geprognosticeerd en is nu concreet begroot. Hiernaast hebben we de storting van € 3,13 mln. die Zaanstad doet in een nieuwe pensioenvoorziening voor wethouders. Tot nu toe was het pensioen van de wethouders ondergebracht bij een verzekeraar, deze stopt met deze dienstverlening en maakt het opgebouwde kapitaal naar Zaanstad over. Zaanstad gaat (noodgedwongen) een eigen pensioenvoorziening beheren. Overige opvallende afwijkingen op de lasten zijn: hogere personele kosten door vervanging bij ziekte en vacatures die langer open staan en door extra inzet in verband met de coronapandemie (€ 0,12 mln), lagere kosten van de markten door een minder aantal marktkramen tijdens de coronapandemie (-€ 0,09 mln.), hogere kosten voor beroep en bezwaar tegen door Zaanstad opgelegde gemeentelijke aanslagen (€ 0,13 mln.), gestegen energietarieven (€ 0,14 mln.), lagere kosten van het samenwerkingsproject Zaanstreek-Waterland omdat er door de coronapandemie projecten naar 2022 worden doorgeschoven (-€ 0,14 mln.), centraal in programma 7 begrote bijdragen voor ziektekostenverzekeringen en CAO-ontwikkeling worden overgeheveld naar andere programma’s waar ze worden uitbetaald aan de medewerkers van Zaanstad (-€ 0,24 mln.) en vervallen reserveringen voor kosten uit 2020 waar om diverse redenen geen facturen meer voor komen in 2021 (-€ 0,37 mln.).
  2. Hogere baten (-€ 17,69 mln.): het grootste voordeel op de baten wordt veroorzaakt door een hogere Algemene Uitkering dan begroot (-€ 9,42 mln.), met name als gevolg van extra compensatie vanuit het rijk voor corona gerelateerde kosten. Via de RIB 2021/15214 is het voordelige resultaat op de algemene uitkering meicirculaire € 2,8 mln. toegelicht. Via de RIB 2021/24626 is het voordelige resultaat op de algemene uitkering meicirculaire € 1,2 mln. toegelicht.

    Verder hebben we de kostenverdeling € 4,84 mln. die verder in de paragraaf bedrijfsvoering wordt toegelicht. Bij de baten betreft dit de dekking van de personele kosten door materiële budgetten, rijksbijdragen en de coronamiddelen.

    Daarnaast is ook een ontvangst begroot van de door een verzekeraar belegde pensioengelden van de wethouders (-€ 3,13 mln.) welke Zaanstad nu in eigen beheer gaat nemen. Overige opvallende afwijkingen op de baten zijn: lagere inkomsten vanuit de markten omdat die tijdens de coronapandemie slechts deels waren geopend (€ 0,10 mln.), hogere Onroerende Zaak Belasting als gevolg van het opleggen van aanslagen over oude belastingjaren (-€ 0,60 mln.), lagere inkomsten uit reclame door het van rechtswege vervallen van contracten voor reclame uitingen (€ 0,30 mln), hogere dekking voor de bedrijfsvoering doordat er meer uren worden geschreven op projecten (-€ 0,30 mln) en tot slot wordt er voor het samenwerkingsproject Zaanstreek-Waterland minder subsidie en bijdragen van andere ZaWA-gemeenten ontvangen omdat de kosten over 2021 als gevolg van de coronapandemie lager zijn dan begroot (€ 0,09 mln.).
  3. Hogere toevoegingen aan reserves (€ 3 mln.): dit betreft volledig een toevoeging aan de reserve Afschrijvingslasten, welke het gevolg is van de actualisatie van het Investeringsfonds. In de paragraaf investeringen worden de projecten toegelicht en staat de tabel met de meerjarige raming.
  4. Lagere onttrekkingen aan reserves (€ 5,16 mln.): de lagere onttrekking aan de reserves komt grotendeels voor rekening van de lagere onttrekking aan de coronareserve als gevolg van de hogere compensatie door het rijk via de Algemene Uitkering (€ 3,27 mln.). Aan het Transformatiefonds wordt een hogere onttrekking begroot ter dekking van de voorbereidingskosten van de WoningBouwImpuls-programma’s (-€ 0,45 mln.). Als gevolg van de lagere kosten voor het samenwerkingsprogramma Zaanstreek-Waterland hoeft minder aan de bijbehorende reserve onttrokken te worden (€ 0,04 mln.) Tot slot wordt € 2,3 mln. minder onttrokken aan het Investeringsfonds. Zie voor toelichting op het Investeringsfonds de paragraaf investeringen.
Deze pagina is gebouwd op 01/17/2022 16:03:57 met de export van 01/17/2022 15:50:08